Voorzetsels van tijd Opdrachten in de Spaanse taal

Voorzetsels van tijd zijn essentieel voor het correct uitdrukken van tijdsrelaties in het Nederlands. Deze voorzetsels helpen ons om gebeurtenissen in de juiste context te plaatsen, zoals het aangeven van een exacte tijd, een periode, of een frequentie. Denk bijvoorbeeld aan voorzetsels als "om", "op", "in", en "sinds". Elk voorzetsel heeft zijn eigen specifieke gebruik en kan de betekenis van een zin volledig veranderen. Het begrijpen en correct toepassen van deze voorzetsels is daarom cruciaal voor iedereen die de Nederlandse taal wil beheersen. In deze sectie vind je een reeks oefeningen die je zullen helpen om je kennis van voorzetsels van tijd te verbeteren. Door middel van verschillende soorten opdrachten, zoals invuloefeningen, zinnen maken en het corrigeren van fouten, krijg je de kans om je vaardigheden in een praktische context te oefenen. Of je nu een beginner bent of je kennis wilt opfrissen, deze oefeningen zijn ontworpen om je vertrouwen te vergroten en je begrip van tijdsvoorzetsels te versterken. Veel succes en plezier met het oefenen!

Exercise 1

<p>1. María va de vacaciones *en* agosto (maand).</p> <p>2. La reunión es *a* las tres de la tarde (tijdstip).</p> <p>3. La tienda cierra *a* las ocho (tijdstip).</p> <p>4. Estoy ocupado *por* la mañana (deel van de dag).</p> <p>5. El examen es *en* junio (maand).</p> <p>6. El museo abre *a* las diez (tijdstip).</p> <p>7. La fiesta empieza *a* las siete de la noche (tijdstip).</p> <p>8. Normalmente como *a* mediodía (tijdstip).</p> <p>9. Trabajamos *hasta* las cinco (tijdstip).</p> <p>10. El curso termina *en* diciembre (maand).</p>
 

Exercise 2

<p>1. Ik heb *in* januari een nieuwe baan gevonden (maand).</p> <p>2. Het feest begint *om* acht uur 's avonds (tijdstip).</p> <p>3. We gaan *op* vrijdag naar het strand (dag van de week).</p> <p>4. Zij studeert meestal *in* de ochtend (deel van de dag).</p> <p>5. Het museum is *op* maandag gesloten (dag van de week).</p> <p>6. De vergadering eindigt *om* drie uur (tijdstip).</p> <p>7. Hij is geboren *in* 1995 (jaar).</p> <p>8. We zijn *op* 25 december vrij (datum).</p> <p>9. Zij werkt *in* de zomer in een café (seizoen).</p> <p>10. De winkel is geopend *op* zondag (dag van de week).</p>
 

Exercise 3

<p>1. La fiesta comienza *a* las ocho (prepositie voor tijdstip).</p> <p>2. Los exámenes terminan *en* junio (prepositie voor maand).</p> <p>3. Te llamo *por* la tarde (prepositie voor dagdeel).</p> <p>4. Estudiamos español *desde* las nueve hasta las diez (prepositie voor beginpunt van tijd). </p> <p>5. El tren sale *a* las tres y media (prepositie voor tijdstip).</p> <p>6. Viví en Madrid *durante* dos años (prepositie voor duur van tijd). </p> <p>7. Nos veremos *el* lunes (prepositie voor dag van de week). </p> <p>8. Mi cumpleaños es *en* diciembre (prepositie voor maand).</p> <p>9. Trabajo *de* nueve a cinco (prepositie voor tijdsduur). </p> <p>10. Desayunamos *a* las siete de la mañana (prepositie voor tijdstip).</p>
 

5x Faster Language Learning with AI

Talkpal is AI-powered language tutor. Learn 57+ languages 5x faster with innovative technology.