Pick a language and start learning!

Voltooid toekomende tijd Opdrachten in de Engelse taal

De voltooid toekomende tijd, ook wel bekend als de toekomstige voltooide tijd, is een belangrijke grammaticale constructie in de Engelse taal. Het wordt gebruikt om aan te geven dat een bepaalde handeling of gebeurtenis in de toekomst voltooid zal zijn. Dit kan bijvoorbeeld handig zijn wanneer je een planning maakt of een verwachting uitdrukt over een toekomstige situatie. Door de voltooid toekomende tijd goed te beheersen, kun je duidelijker en nauwkeuriger communiceren over toekomstige gebeurtenissen en hun impact. In deze oefeningen richten we ons op het herkennen en correct toepassen van de voltooid toekomende tijd in verschillende contexten. Je leert hoe je zinnen kunt vormen waarin je aangeeft dat iets tegen een bepaald moment in de toekomst voltooid zal zijn. Ook besteden we aandacht aan het gebruik van de juiste werkwoordsvormen en hulpwerkwoorden, zoals 'will have' en 'shall have'. Door deze oefeningen te maken, zul je vertrouwd raken met deze tijdsvorm en je Engelse taalvaardigheid verder verbeteren.

Exercise 1

1. By this time next year, they *will have completed* the new building (voltooid toekomende tijd van 'voltooien'). 2. She *will have finished* her degree by next summer (voltooid toekomende tijd van 'afmaken'). 3. We *will have moved* to a new house by the end of the month (voltooid toekomende tijd van 'verhuizen'). 4. He *will have saved* enough money for a car by December (voltooid toekomende tijd van 'sparen'). 5. They *will have written* the report by tomorrow morning (voltooid toekomende tijd van 'schrijven'). 6. By the time she arrives, we *will have left* already (voltooid toekomende tijd van 'vertrekken'). 7. I *will have read* all the books on my list by the end of the year (voltooid toekomende tijd van 'lezen'). 8. By the end of the day, you *will have learned* a new skill (voltooid toekomende tijd van 'leren'). 9. He *will have painted* the entire house by the weekend (voltooid toekomende tijd van 'schilderen'). 10. They *will have planted* the garden by next spring (voltooid toekomende tijd van 'planten').

Exercise 2

1. By the time you arrive, I *will have finished* my homework (voltooien). 2. She *will have cooked* dinner by 7 PM (koken). 3. He *will have completed* the project before the deadline (voltooien). 4. They *will have left* the party by the time you get there (verlaten). 5. We *will have read* the entire book by next week (lezen). 6. The train *will have departed* before we reach the station (vertrekken). 7. By the end of the year, they *will have visited* ten countries (bezoeken). 8. She *will have learned* to speak French fluently by then (leren). 9. He *will have saved* enough money for a new car by summer (sparen). 10. We *will have moved* to a new house by next month (verhuizen).

Exercise 3

1. By next year, she *will have finished* her studies (to finish). 2. They *will have moved* to a new city by the end of the month (to move). 3. He *will have written* his book by the time he turns fifty (to write). 4. We *will have completed* the project before the deadline (to complete). 5. The sun *will have set* by the time we arrive at the beach (to set). 6. She *will have cooked* dinner by the time you get home (to cook). 7. By the end of the week, he *will have read* all the books on his list (to read). 8. They *will have traveled* to three countries by this time next year (to travel). 9. He *will have saved* enough money for a new car by the end of this year (to save). 10. We *will have learned* a lot by the time the course ends (to learn).