Pick a language and start learning!

Toekomende voltooide tijd Opdrachten in de Spaanse taal

De toekomende voltooide tijd in het Spaans kan in het begin verwarrend lijken, maar met de juiste oefening wordt het een waardevol onderdeel van je taalvaardigheid. Deze tijd wordt gebruikt om aan te geven dat een actie in de toekomst voltooid zal zijn. Vergelijkbaar met het Nederlandse "zullen hebben gedaan", wordt de toekomende voltooide tijd gevormd door de toekomende tijd van het werkwoord "haber" (zullen hebben) en het voltooid deelwoord van het hoofdwerkwoord. Bijvoorbeeld, "habré terminado" betekent "ik zal hebben beëindigd." Onze grammaticaoefeningen zijn ontworpen om je te helpen de toekomende voltooide tijd in het Spaans effectief te beheersen. Door middel van diverse oefeningen en voorbeelden krijg je de kans om deze tijd op een natuurlijke manier toe te passen. Of je nu zinnen moet vertalen, invuloefeningen maakt of je eigen zinnen formuleert, je zult merken dat je steeds meer vertrouwd raakt met het gebruik van deze tijd. Begin met de oefeningen en zie hoe je vaardigheid in het Spaans snel verbetert!

Exercise 1

1. Voor volgend jaar zomer *zal* ik mijn diploma hebben behaald (toekomende tijd van "zullen"). 2. Tegen het einde van deze maand *zal* hij de marathon hebben gelopen (toekomende tijd van "zullen"). 3. Morgen om deze tijd *zal* zij haar project hebben voltooid (toekomende tijd van "zullen"). 4. Volgende week *zullen* we de nieuwe auto hebben gekocht (toekomende tijd van "zullen"). 5. Over een paar dagen *zal* hij de presentatie hebben voorbereid (toekomende tijd van "zullen"). 6. Tegen het einde van dit jaar *zullen* zij hun huis hebben verkocht (toekomende tijd van "zullen"). 7. Morgenavond *zal* ik het boek hebben uitgelezen (toekomende tijd van "zullen"). 8. Binnenkort *zullen* we alle taken hebben voltooid (toekomende tijd van "zullen"). 9. Over een paar uur *zal* zij de vergadering hebben geleid (toekomende tijd van "zullen"). 10. Tegen het einde van de week *zal* hij zijn werk hebben ingeleverd (toekomende tijd van "zullen").

Exercise 2

1. Para mañana, ellos ya *habrán terminado* el proyecto (voltooide tijd). 2. Cuando llegues a casa, nosotros ya *habremos cenado* (voltooide tijd). 3. Antes de la próxima clase, ella ya *habrá estudiado* la lección (voltooide tijd). 4. Para el año 2025, yo ya *habré viajado* a muchos países (voltooide tijd). 5. Cuando él regrese, nosotros ya *habremos visto* la película (voltooide tijd). 6. Antes de que termine el mes, tú ya *habrás empezado* tu nuevo trabajo (voltooide tijd). 7. Para la próxima semana, ellos ya *habrán vendido* la casa (voltooide tijd). 8. En el momento en que llegues, nosotros ya *habremos salido* de la oficina (voltooide tijd). 9. Antes de tu cumpleaños, yo ya *habré comprado* tu regalo (voltooide tijd). 10. Cuando despiertes, el sol ya *habrá salido* (voltooide tijd).

Exercise 3

1. Tegen de tijd dat je arriveert, zal ik de taart *gebakken hebben* (voltooide vorm van bakken). 2. Morgen rond deze tijd, zullen we de marathon *gelopen hebben* (voltooide vorm van lopen). 3. Als hij terugkomt, zal hij het boek *gelezen hebben* (voltooide vorm van lezen). 4. Over een uur zullen ze de auto *gerepareerd hebben* (voltooide vorm van repareren). 5. Tegen het einde van de dag, zal ik alle emails *beantwoord hebben* (voltooide vorm van beantwoorden). 6. Volgende maand zullen we het nieuwe huis *gekocht hebben* (voltooide vorm van kopen). 7. Als het regent, zullen we de wedstrijd al *gespeeld hebben* (voltooide vorm van spelen). 8. Voor de zomer zal hij de cursus *afgerond hebben* (voltooide vorm van afronden). 9. Tegen de tijd dat het feest begint, zullen we alles *versierd hebben* (voltooide vorm van versieren). 10. Volgend jaar rond deze tijd, zullen ze hun bedrijf *opgericht hebben* (voltooide vorm van oprichten).