Pick a language and start learning!
Absolute superlatieven (bijv., bellissimo, bravissimo) Opdrachten in de Italiaanse taal
Absolute superlatieven zijn een fascinerend onderdeel van de Italiaanse taal en voegen extra diepgang en expressie toe aan je conversaties. In het Nederlands gebruiken we vaak woorden als "heel" of "zeer" om een sterkere betekenis aan een bijvoeglijk naamwoord te geven, maar in het Italiaans kan dat nog intensiever met absolute superlatieven. Woorden als "bellissimo" (heel mooi) en "bravissimo" (heel goed) geven een krachtigere en meer levendige beschrijving, waardoor je indruk kunt maken met je taalvaardigheden.
Het beheersen van absolute superlatieven in het Italiaans verrijkt niet alleen je woordenschat, maar helpt je ook om emoties en nuances beter uit te drukken. In deze sectie vind je een reeks grammatica-oefeningen die je zullen helpen deze vorm van superlatieven te herkennen en correct te gebruiken. Door de oefeningen te maken, krijg je niet alleen een beter begrip van de Italiaanse taalstructuur, maar ontwikkel je ook de vaardigheid om je op een indrukwekkende en expressieve manier uit te drukken. Veel succes en plezier met de oefeningen!
Exercise 1
<p>1. Maria is *bellissima* (zeer mooi) in haar nieuwe jurk.</p>
<p>2. Luigi is *bravissimo* (zeer goed) in het spelen van de piano.</p>
<p>3. De pizza die we aten was *deliziosissima* (zeer lekker).</p>
<p>4. Het uitzicht vanaf de bergtop was *meraviglioso* (zeer prachtig).</p>
<p>5. Dit boek is *interessantissimo* (zeer interessant).</p>
<p>6. De les van vandaag was *noiosissima* (zeer saai).</p>
<p>7. Het kind was *felicissimo* (zeer gelukkig) met zijn nieuwe speelgoed.</p>
<p>8. De film was *divertentissima* (zeer leuk) en we hebben veel gelachen.</p>
<p>9. Het weer vandaag is *caldissimo* (zeer warm).</p>
<p>10. De taart die mijn moeder heeft gemaakt is *dolcissima* (zeer zoet).</p>
Exercise 2
<p>1. Questa pizza è *deliziosissima* (bijv., zeer lekker).</p>
<p>2. La vista dal monte è *spettacolare* (bijv., zeer indrukwekkend).</p>
<p>3. Questo film è *noiosissimo* (bijv., zeer saai).</p>
<p>4. La tua performance è stata *bravissima* (bijv., zeer goed).</p>
<p>5. Il mare in Sardegna è *limpidissimo* (bijv., zeer helder).</p>
<p>6. Quel bambino è *intelligentissimo* (bijv., zeer slim).</p>
<p>7. La torta che hai fatto è *deliziosissima* (bijv., zeer lekker).</p>
<p>8. Il nuovo professore è *simpaticissimo* (bijv., zeer aardig).</p>
<p>9. La tua casa è *bellissima* (bijv., zeer mooi).</p>
<p>10. Quella montagna è *altissima* (bijv., zeer hoog).</p>
Exercise 3
<p>1. La pizza di Napoli è *buonissima* (bijv. lekker).</p>
<p>2. Questo film è *noiosissimo* (bijv. saai).</p>
<p>3. La tua casa è *grandissima* (bijv. groot).</p>
<p>4. Lui è *intelligentissimo* (bijv. slim).</p>
<p>5. Il concerto è stato *bellissimo* (bijv. mooi).</p>
<p>6. Lei è *simpaticissima* (bijv. vriendelijk).</p>
<p>7. Quella montagna è *altissima* (bijv. hoog).</p>
<p>8. Questo libro è *interessantissimo* (bijv. interessant).</p>
<p>9. Il tuo cane è *bravissimo* (bijv. goed).</p>
<p>10. La spiaggia è *pulitissima* (bijv. schoon).</p>
5x Faster Language Learning with AI
Talkpal is AI-powered language tutor. Learn 57+ languages 5x faster with innovative technology.