Pick a language and start learning!
Aanwijzende bijvoeglijke naamwoorden gebruiken Opdrachten in de Franse taal

Aanwijzende bijvoeglijke naamwoorden, of demonstratieve adjectieven, zijn een essentieel onderdeel van de Franse taal die je helpen specifieke personen, plaatsen of dingen aan te wijzen. Deze bijvoeglijke naamwoorden, zoals "ce", "cet", "cette" en "ces", worden gebruikt om duidelijk te maken over welk zelfstandig naamwoord je het precies hebt. Ze zijn vergelijkbaar met de Nederlandse woorden "deze", "die", "dit" en "dat". Door deze termen correct te gebruiken, kun je niet alleen preciezer communiceren, maar ook je zinnen duidelijker en krachtiger maken.
In onze oefeningen ga je leren hoe je aanwijzende bijvoeglijke naamwoorden op de juiste manier kunt toepassen in verschillende contexten. We bieden een reeks interactieve oefeningen aan die je zullen helpen om deze grammaticale structuur beter te begrijpen en toe te passen. Of je nu een beginner bent die net de basisprincipes leert of een gevorderde leerling die zijn vaardigheden wil verfijnen, onze oefeningen zijn ontworpen om je te ondersteunen bij je leerproces en je vertrouwen in het gebruik van de Franse taal te vergroten.
Exercise 1
<p>1. *Ce* livre est très intéressant (aanwijzend voornaamwoord voor "livre").</p>
<p>2. J'aime *cette* robe rouge (aanwijzend voornaamwoord voor "robe").</p>
<p>3. *Ces* enfants jouent dans le jardin (aanwijzend voornaamwoord voor "enfants").</p>
<p>4. *Cet* homme est très gentil (aanwijzend voornaamwoord voor "homme").</p>
<p>5. *Ce* chien est très intelligent (aanwijzend voornaamwoord voor "chien").</p>
<p>6. Je préfère *cet* hôtel pour notre séjour (aanwijzend voornaamwoord voor "hôtel").</p>
<p>7. *Cette* maison est très ancienne (aanwijzend voornaamwoord voor "maison").</p>
<p>8. *Ces* voitures sont très rapides (aanwijzend voornaamwoord voor "voitures").</p>
<p>9. *Ce* film est très ennuyeux (aanwijzend voornaamwoord voor "film").</p>
<p>10. *Cet* arbre est très grand (aanwijzend voornaamwoord voor "arbre").</p>
Exercise 2
<p>1. *Ce* livre est très intéressant (aanwijzend voornaamwoord voor een enkelvoudig mannelijk zelfstandig naamwoord).</p>
<p>2. *Cette* maison est très grande (aanwijzend voornaamwoord voor een enkelvoudig vrouwelijk zelfstandig naamwoord).</p>
<p>3. *Ces* enfants jouent dans le parc (aanwijzend voornaamwoord voor een meervoudig zelfstandig naamwoord).</p>
<p>4. *Cet* arbre est magnifique (aanwijzend voornaamwoord voor een enkelvoudig mannelijk zelfstandig naamwoord dat begint met een klinker of een stomme h).</p>
<p>5. Je préfère *ce* film (aanwijzend voornaamwoord voor een enkelvoudig mannelijk zelfstandig naamwoord).</p>
<p>6. *Cette* robe est très élégante (aanwijzend voornaamwoord voor een enkelvoudig vrouwelijk zelfstandig naamwoord).</p>
<p>7. *Ces* livres sont intéressants (aanwijzend voornaamwoord voor een meervoudig zelfstandig naamwoord).</p>
<p>8. *Cet* hôtel est très luxueux (aanwijzend voornaamwoord voor een enkelvoudig mannelijk zelfstandig naamwoord dat begint met een klinker of een stomme h).</p>
<p>9. *Ce* chien est très mignon (aanwijzend voornaamwoord voor een enkelvoudig mannelijk zelfstandig naamwoord).</p>
<p>10. *Cette* voiture est rapide (aanwijzend voornaamwoord voor een enkelvoudig vrouwelijk zelfstandig naamwoord).</p>
Exercise 3
<p>1. *Deze* auto is heel snel. (auto dichtbij)</p>
<p>2. *Die* boom staat ver weg. (boom ver weg)</p>
<p>3. *Dit* boek is erg interessant. (boek dichtbij)</p>
<p>4. *Dat* huis is heel oud. (huis ver weg)</p>
<p>5. *Deze* tafel is gemaakt van hout. (tafel dichtbij)</p>
<p>6. *Die* hond speelt in de tuin. (hond ver weg)</p>
<p>7. *Dit* schilderij is erg beroemd. (schilderij dichtbij)</p>
<p>8. *Dat* park is erg groot. (park ver weg)</p>
<p>9. *Deze* bloemen ruiken heerlijk. (bloemen dichtbij)</p>
<p>10. *Die* berg is heel hoog. (berg ver weg)</p>